één uurtje per week zwemmen in het secundair onderwijs van het 1ste t/m het 5de jaar

Op 20/10/2014 had ik een gesprek met de de Heer Ronny Vanoppré, vakcoördinator L.O.  van het Sint-Pieterscollege (secundair onderwijs) in Leuven.

Dit college beschikt over een eigen zwembad, dus wilde ik graag weten hoeveel ruimte het schoolzwemmen in deze school krijgt. En dit is behoorlijk veel ("te", wordt lichtjes toegegeven). Met uitzondering van de zesdejaars, zwemmen de leerlingen één uurtje per week, wat op jaarbasis ongeveer overeenkomt met 25 à 30 lesuren L.O. terwijl aan andere bewegingsdomeinen elk 5 à 6 uren worden besteed. Andere bewegingsdomeinen zijn bijv. in het 5de jaar toestelturnen, basketbal, ritmiek, badminton, atletiek en korfbal. In het 6de jaar wordt er ook gezwommen maar gedurende evenveel lesuren als voor de andere domeinen, nl. 5 à 6 lesuren. Dit maakt dat in het 6de jaar er meer bewegingsdomeinen aan bod komen dan in de andere jaren.

M.a.w. in verhouding tot de andere bewegingsdomeinen wordt dus veel tijd en aandacht en energie geïnvesteerd in zwemmen. Dit is waarom Safe Coastal Tourism dit een example of good practice noemt, dit in schril contrast met een aanbod van één enkel zwemuurtje om de twee weken enkel in het tweede jaar van het secundair onderwijs wat in de meeste secundaire scholen het geval is.

Bijgevoegd zesjarenplan zwemmen werd opgesteld door de vakgroep L.O. en wordt met toestemming van het college hier gepubliceerd. Hierin vind je alle inhouden terug die in de zwemlessen aan bod komen over de 6 jaren heen.

Ter informatie vind je hieronder een overzicht van de eindtermen en de leerplannen zwemmen voor het secundair onderwijs:
  • We moeten vaststellen dat zwemmen alleen in de eindtermen L.O. van de eerste graad voorkomt:
    1.9 Bewegen in verschillende milieus
    De
    leerlingen
    24 nemen deel aan bewegingsactiviteiten in de natuur.
    25 kunnen één zwemslag doeltreffend uitvoeren.
    26 beheersen voorbereidende vormen van reddend zwemmen.

  • Het leerplan L.O. in de eerste graad legt minimum één periode op met aandacht voor één zwemslag en het vertrouwd maken met voorbereidende vormen van reddend zwemmen.

  • Het leerplan L.O. in de tweede graad adviseert:
    Beheerst kunnen zwemmen blijft noodzakelijk en is een voorwaarde om aan life-time watersporten (kajakken, windsurfen, zeilen ...) veilig deel te nemen. Het meer vertrouwd maken met overlevingszwemmen, reddend zwemmen en reanimatietechnieken is hier zeker op zijn plaats.


In concreto voorzien de meeste scholen echter geen zwemmen meer in de tweede en de derde graad zodat de leerplannen zwemmen er dode letter blijven wat Safe Coastal Tourism uiteraard betreurt. Maar hierover heeft zij het al gehad op een andere plek op deze website.